Zoals elke oorlog is ook de Russische aanval op Oekraïne een leermoment voor militairen en strategen. Wat zijn de militaire lessen, bijna een jaar na het begin van de Russische invasie? De grootschalige landoorlogen waarvoor men in de Koude Oorlog waarschuwde, leken een reliek van het verleden. Oorlogen zouden voortaan hoogtechnologisch, klinisch en bliksemsnel verlopen. Tanks hadden daarin geen plaats meer, was de gedachte.
Aanvankelijk leek die conclusie ook tijdens deze oorlog de juiste. Tijdens de eerste dagen van de Russische invasie werden enorme aantallen Russische en Oekraïense tanks vernietigd. Mobiele antitankwapens zoals de Javelin, die Oekraïense infanteristen vanaf hun schouders op tankkolonnes afvuurden, bleken behoorlijk effectief tegen de verouderde Sovjettanks die het Russische leger voornamelijk inzette. Volgens Oryx, een blog die via opensourceonderzoek de krijgsverrichtingen in Oekraïne opvolgt, verloor het Russische leger sinds het begin van de oorlog minstens 1646 tanks.
Maar dat is niet het hele verhaal. Dat de Russen in de beginmaanden van de oorlog zo veel tanks verloren, had in de eerste plaats te maken met gebrekkige planning en slecht onderhoud. Daardoor ondervonden Russische tanks extra hinder door de befaamde Oekraïense bezdorizjzja, het modderseizoen waarin grote hoeveelheden regen de wegen moeilijker begaanbaar maken. Toch bleken tanks absoluut cruciaal bij de Oekraïense heroveringen vanaf september. ‘De manier waarop tanks in dit conflict worden ingezet, bewijst vooral het belang van combined arms warfare’, zegt Frederik Mertens, die als strategisch analist voor het Haags Centrum voor Strategische Studies een evaluatie schreef over het eerste jaar van de oorlog. ‘Moderne legers kunnen alleen functioneren als ze bescherming krijgen van infanterie, artillerie en luchtverdediging. Je kunt het het best vergelijken met een orkest: zonder teamwork lijkt het nergens naar. Maar de tank blaast wel degelijk de hoofdhoorn.’
Het einde van het luchtoverwicht
De voorbije decennia hadden NAVO-landen bij hun interventies steevast één grote prioriteit: het verzekeren van het luchtoverwicht. Bij de interventies in Libië, Irak en Afghanistan werden eerst de plaatselijke luchtafweer, radarsystemen en luchtmacht vernietigd, zodat het binnenvallende leger de vrijheid had om vrij rond te vliegen. ‘Luchtoverwicht is cruciaal’, zegt Frans Osinga, bijzonder hoogleraar War Studies aan de Universiteit Leiden. ‘Het zorgt ervoor dat je grondtroepen sneller kunnen bewegen, en de vijand net moeilijker kan manoeuvreren.’
In de oorlog in Oekraïne is Rusland er tegen alle verwachtingen in niet in geslaagd om het luchtoverwicht te verzekeren. Door het gebrek aan planning aan Russische kant bleef een deel van de Oekraïense luchtafweer intact, en werden in de begindagen van de oorlog verschillende Russische vliegtuigen neergehaald. Doordat beide kanten ondertussen over zeer performante luchtafweersystemen beschikken, is er momenteel een state of mutual air denial: geen van beide zijden is in staat om grootschalige luchtoperaties uit te voeren. ‘Dat is een van de grootste uitdagingen voor het Oekraïense leger’, beseft Mertens. ‘Hoelang zal het nog beschikken over voldoende luchtafweerraketten om de Russische luchtmacht op afstand te houden?’
Die vaststelling heeft gevolgen voor de militaire planning binnen de NAVO. Een belangrijk deel van de militaire successen van NAVO-legers zijn gebaseerd op de dominantie van hun luchtmacht. ‘NAVO-landen mogen er niet meer van uitgaan dat ze in een toekomstige campagne automatisch het luchtoverwicht zullen hebben’, waarschuwt Osinga. ‘We zullen meer aandacht moeten besteden aan hoe we dat luchtoverwicht afdwingen.’
De almacht van artillerie
Een gevolg van de westerse technologische superioriteit is natuurlijk dat moderne wapensystemen en munitie een stuk duurder zijn om te produceren en te gebruiken. Samen met de grootschalige defensiebezuinigingen die veel westerse landen de voorbije decennia doorvoerden, zorgt dat ervoor dat de stocks al snel uitgeput dreigen te raken.
Nochtans is artillerie allesbepalend in deze oorlog. Experts schatten dat ongeveer 90 procent van de doden in de oorlog valt als gevolg van een artillerieaanval. Rusland maakt graag gebruik van zijn enorme reserves munitie om zowel militaire als burgerdoelwitten aan te vallen. Aan westerse zijde zorgt die vaststelling voor heel wat onrust. ‘Dit is het soort oorlog waarop we eigenlijk niet zijn voorbereid’, zegt Frans Osinga. ‘Dit is de terugkeer van de industriële oorlogsvoering, waarbij tegenstanders proberen om elkaar zo zwaar mogelijke verliezen toe te brengen en dat zo lang mogelijk vol te houden. We weten dat Rusland op een bepaald moment 20.000 à 30.000 granaten per dag afvuurde in de Donbas. Dat is een onwaarschijnlijke hoeveelheid munitie. De Britten hebben berekend dat zij in twee weken door hun stocks zouden zitten als ze dat tempo zouden aanhouden. Ik hoef u niet te vertellen dat dat bijzonder kort is.’
Het einde van de helikopter
Tijdens de Vietnamoorlog was de helikopter nog cruciaal voor de Amerikaanse operaties. Tijdens de Sovjetinvasie van Afghanistan gebruikte het Rode Leger zijn helikopters om in onherbergzame gebieden moedjahedien te bevechten. Maar in Oekraïne zijn ze vrijwel volledig uit het beeld verdwenen. Voor verkenningsvluchten is het logischer om onbemande en goedkope drones uit te rusten. In de begindagen van de oorlog bleken Russische helikopters bovendien bijzonder kwetsbaar.
Een andere overweging is dat luchtlandingsoperaties, waarbij parachutisten of infanteristen per vliegtuig of helikopter gedropt worden, bijzonder gecompliceerd zijn. Een Russische poging om met zo’n dropping de luchthaven van Hostomel, net buiten Kiev, te bezetten, werd op de eerste dag van de oorlog verijdeld. Sindsdien wordt die tactiek zelden nog gebruikt. ‘Het probleem is niet alleen dat helikopters makkelijk neergehaald worden’, zegt Mertens. ‘Het is gewoon erg moeilijk om zo’n luchtlandingsoperatie te doen slagen. Het heeft geen zin om lichtbewapende landingstroepen tegen tanks en artillerie te laten vechten.’
Drones zijn munitie
In de begindagen van de oorlog pakte het Oekraïense leger graag uit met de Bayraktar TB2, een Turkse hightech drone die succesvol ingezet werd tegen Russische tanks. De Bayraktar werd zo bekend dat Oekraïense soldaten er zelfs een liedje over componeerden. Maar eigenlijk is het effect van die hoogtechnologische drones verwaarloosbaar. ‘
De overgrote meerderheid van de in Oekraïne gebruikte drones is heel eenvoudig. Ze worden vooral gebruikt door infanterie-eenheden als verkenners. Aan het begin van de oorlog bestond de Oekraïense dronevloot voornamelijk uit goedkope modellen die je in online winkels vindt. Vrijwilligers koppelden er een camera of een granaat aan. Op dezelfde manier zet Rusland de voorbije maanden vooral Iraanse Shahed- drones, eenvoudige toestellen met een (lichte) springlading die het in groepen op doelwitten afstuurt. Ook hier speelt de slijtageslag: in verhouding met goedkope drones is afweermunitie relatief duur. ‘We moeten drones eigenlijk zien als een vorm van munitie’, zegt Mertens. ‘Voor het dagelijkse werk heb je drones nodig die massaal goedkoop geproduceerd kunnen worden.’
Lees het hele artikel bij Knack | De terugkeer van de tank en 9 andere militaire lessen uit de oorlog in Oekraïne (31 januari 2023)