Wordt de koek vergroot of alleen maar herverdeeld, vraag ik mij af wanneer ik het politieke debat volg. Ik ben argwanend geworden door onder andere de discussie over de beperking van de hypotheekrenteaftrek. Die wordt verkocht als besparing op de rijksuitgaven, maar het is gewoon een lastenverzwaring, waardoor mensen hun verhuisplannen in de ijskast zetten.
Veel bezuinigingen zijn behoorlijk risicovol. Zoals die op defensie. Een Kamermeerderheid lijkt de ambities op dat gebied te willen verlagen, en vooral de ‘vechtmissies’ te willen schrappen. Zulke discussies moeten natuurlijk worden gevoerd, maar de eerste vraag is hoe defensie bijdraagt aan de bescherming van het Nederlandse grondgebied en de Nederlandse belangen, en hoe die in de toekomst worden bedreigd. Dit zijn grondwettelijke taken van de krijgsmacht. Mogen die werkelijk worden aangetast?
Ik geef deze voorbeelden omdat ze aantonen dat bezuinigingsvoorstellen vaak niet in een context worden geplaatst, en dat bovendien de gevolgen niet worden overzien. Hieruit blijkt hoe beperkt het blikveld van de Nederlandse politiek is geworden. De discussie moet natuurlijk eerst gaan over de versterking van de Nederlandse positie, om sterker uit de crisis te komen.
De meest sociale maatregel die ik kan bedenken, is niet het herverdelen van de koek, maar het vergroten ervan. Het recept is simpel: innoveren. Maar dat blijkt moeilijk. Nederland is de zestiende economie in de wereld en de negende exporteur. De regering heeft de ambitie uitgesproken om bij de vijf meest concurrerende economieën te willen horen. Maar we zijn gezakt van de achtste naar de tiende plaats. Lees de meest recente Foto van het Innovatieplatform en u begrijpt waarom. Innovatie is in Nederland gebureaucratiseerd en geïnstitutionaliseerd. We praten erover, maar doen te weinig. Het Innovatieplatform, voorgezeten door premier Balkende, heeft zijn langste tijd gehad. En het wordt alleen maar erger, nu er politieke consensus lijkt te zijn over het samenvoegen van ministeries en het verminderen van het aantal ambtenaren. Klinkt goed. Want wie is voor bureaucratie? Maar ministeries zijn de afgelopen jaren al zo hard aangepakt, dat te veel kennis en kunde is verdwenen waardoor de overheid steeds moeilijker leiding aan innovatie kan geven. Bovendien kunnen ambtenaren alleen carrière maken in managementfuncties. Kennis wordt niet op waarde geschat. Kennisinstellingen, het hart van de Nederlandse innovatie, weten wat de gevolgen zijn: door het afstoten van ambtenaren kregen zij weliswaar meer werk, maar omdat deskundige ambtenaren steeds schaarser werden, konden opdrachten steeds minder goed worden geformuleerd en de resultaten van onderzoek moeilijker in beleid worden omgezet. En daarom dreigen zij nu weer minder werk te krijgen. Het resultaat: het innovatieve vermogen wordt aangetast en de koek kan steeds moeilijker groter worden gemaakt. Herman Tjeenk Willink, vice-president van de Raad van State, heeft allang op het gevolg van te weinig deskundige ambtenaren gewezen. Maar ik denk niet dat veel politici dit soort verbanden leggen, laat staan over de gevolgen voor het innovatieve vermogen van Nederland nadenken. Daardoor dreigt Nederland verder op de ranglijsten weg te zakken. En dat terwijl innovatie de koek toch echt groter maakt.
Trouw