China wil op het gebied van energie zelfvoorzienend zijn en de rest van de wereld van hen afhankelijk maken. Dat valt af te leiden uit officiële uitspraken en documenten uit het land. De geopolitieke gevolgen hiervan kunnen verstrekkend zijn, maar raken ook direct het tempo en de kosten van onze energietransitie. Als het gaat om offshore windenergie en elektrolyse, nodig om groene waterstof te maken, moet Europa daarom maatregelen nemen om strategische afhankelijkheden te voorkomen.
Dat concluderen onderzoekers van TNO en the Hague Centre for Strategic Studies (HCSS) in een nieuw rapport. Hierin staat een analyse van de huidige en toekomstige rol van China in de toeleveringsketens voor windenergie en elektrolyse. Het onderzoek is gedaan op verzoek van het China Knowledge Network (CKN) van Instituut Clingendael/LeidenAsiaCentre met ondersteuning van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat en het ministerie van Buitenlandse Zaken.
Lees in het onderzoek ‘The EU’s China challenge: Rethinking offshore wind and electrolysis strategies and dependencies‘ over de huidige en toekomstige rol van China in windenergie en elektrolyse:
Wereld gebruikt voor energietransitie grondstoffen uit China
‘China houdt de markt structureel gesloten voor Europese partijen maar verwacht wel vrije toegang voor hun producten op ons continent. Onder andere daardoor bouwen ze een positie op waardoor ze uitstekend op prijs kunnen concurreren. Verder leunt de wereld voor de energietransitie sterk op China voor het gebruik van grondstoffen waaronder zeldzame aardmetalen. Die laatste zijn zeer belangrijk voor het maken van onderdelen van windturbines. President Xi spreekt expliciet over de geopolitieke noodzaak om de toeleveringsketens afhankelijker te maken van China. Dat brengt grote risico’s met zich mee’, zegt Joris Teer, strategisch analist en China-specialist van het HCSS.
Geopolitieke analyse met kennis over Chinese technologie en markt
In het rapport komen de geopolitieke analyses van HCSS samen met de technologische en marktkennis van TNO op het gebied van energie en materialen. Karlien Sambell van TNO Vector bracht met haar collega-onderzoekers de waardeketen van offshore wind en elektrolyse in kaart. Ze bestudeerden hoe deze zich in de grote handelsblokken EU, China en de VS de laatste jaren ontwikkelde en wat er de komende jaren valt te verwachten. Behalve literatuuronderzoek zijn er ook tientallen interviews gehouden met beleidsmedewerkers, bedrijven, ondernemersorganisaties en universiteiten in uiteenlopende landen.
‘China is op veel gebieden nog altijd een black box. Het is best ingewikkeld de juiste informatie te krijgen. Het is moeilijk te duiden wat daar precies op de markt van elektrolyse en windenergie gebeurt. Maar door de gebundelde expertise van HCSS en TNO zijn we toch in staat zijn geweest een met feiten onderbouwd beeld te schetsen’, zegt ze.
Offshore windtechnologie: voorkom strategische afhankelijkheid
Zo bleek dat China bijna een monopolie heeft op de productie van permanente magneten, een essentieel onderdeel van windturbines. Het land heeft zich de afgelopen jaren sterk ontwikkeld in de offshore windtechnologie en de verwachting is dat ze hun positie op het wereldtoneel de komende jaren verstevigen. Daarom is het belangrijk te blijven samenwerken met China waar dat op verantwoorde wijze kan, maar tegelijkertijd ongewenste strategische afhankelijkheden voorkomen.
TNO-onderzoeker Sam Lamboo: ‘De grote producenten van windturbines in Europa leiden door uiteenlopende oorzaken de afgelopen jaren flinke verliezen. De vraag is hoe je de productiecapaciteit in Europa overeind kunt houden en welke ingrepen daarvoor nodig zijn. Als de Europese producenten deze moeilijke periode niet overleven dan neemt de afhankelijkheid van China voor de techniek waarschijnlijk snel toe. Ook de markt voor elektrolyse ontwikkelt zich deze jaren snel in China. De Chinezen hebben zich helemaal toegelegd op alkaline elektrolysers, terwijl Europa zowel sterk is in PEM-technologie als alkaline. Het is een nog jonge markt met veel onduidelijkheden hoe deze zich gaat ontwikkelen. Steeds weer is de vraag hoe je kunt voorkomen dat je straks voor apparatuur en componenten helemaal afhankelijk bent van China. Wordt de markt over een paar jaar overspoeld door goedkope alkaline elektrolysers uit China of betalen we de prijs voor onafhankelijkheid door te kiezen voor duurdere apparaten van eigen bodem?’
Strategische keuzes Nederland, Europa en bedrijfsleven
Het zijn volgens Joris Teer strategische afwegingen die op zowel nationaal als Europees niveau moeten worden gemaakt. Maar ook het bedrijfsleven zal moeten kiezen of het op de korte termijn gaat voor goedkopere Chinese producten met het risico van afhankelijkheid voor onderdelen onderhoud, of investeer je met het oog op de langere termijn in duurdere producten die je veel meer zekerheid bieden?
‘Denk aan het dichtdraaien van de gaskraan door Rusland. Doordat de afhankelijkheid van dat gas als wapen werd ingezet verkeren veel bedrijven ook vandaag nog in grote problemen. Zo kan het ook met windenergie gaan. Stel, je investeert in goedkopere Chinese complexe componenten dan ben je voor onderhoud en vervanging van hen afhankelijk. Vanuit geopolitiek oogpunt is dat een extreem slecht idee, zeker nu windenergie een steeds belangrijker onderdeel van onze energiemix wordt. De oorlog in Oekraïne laat zien: binnen maanden kunnen economische betrekkingen tussen landen onhoudbaar worden. Als gevolg van een militaire crisis in Oost-Azië kunnen Europees-Chinese verhoudingen plotseling extreem verslechteren. Die risico’s afdekken door de markt te beschermen en Europese partijen te steunen kost geld maar maakt je veel minder afhankelijk.’
Beperkende maatregelen vanuit EU nodig
Om de eigen industrie te stimuleren en te beschermen zal de EU beperkende maatregelen moeten nemen om alsnog een gelijk speelveld af te dwingen. Een mogelijkheid is volgens de onderzoekers de standaarden op het terrein van veiligheid, kwaliteit, arbeidsomstandigheden en milieunormen aan te scherpen. Ook lidstaten kunnen scherpere eisen stellen als het gaat om de nationale veiligheid en energieleveringszekerheid. En zolang China zijn markt niet openstelt, zouden alleen bedrijven uit vertrouwde landen kunnen inschrijven op grote tenders voor vitale infrastructuur zoals windparken op zee. Dat kan ook voor grote aanbestedingen op het gebied van elektrolyse.
‘Dan heb je het niet over technische innovaties maar beleidsinnovaties. Denk aan samenwerking met gelijkgestemde landen binnen en buiten de EU om de beschikbaarheid van voldoende alternatieven voor Chinese windenergie en elektrolysers te garanderen’, aldus Joris Teer.
China Knowledge Network
Het onderzoek, dat op verzoek van het China Knowledge Network (CKN) van Instituut Clingendael/Leiden Asia Centre is uitgevoerd, met ondersteuning van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat en het ministerie van Buitenlandse Zaken, bevat een analyse van de huidige en toekomstige rol van China in windenergie- en elektrolysetoeleveringsketens. Het combineert de geopolitieke analyses van HCSS met de technologische en marktkennis van TNO op het gebied van energie en materialen.
Auteurs: Karlien Sambell, Sam Lamboo, Lennart van der Burg en Piet Warnaar (TNO); Joris Teer en Abe de Ruijter, met bijdragen van Berend Kwak (HCSS).