Als het kabinet er tien jaar voor uittrekt om van achterstandswijken prachtwijken te maken, moet je er honderd jaar voor uittrekken om van het vroegmiddeleeuwse Uruzgan een prachtprovincie te maken, schreef ik in mei 2007. Toch was ik destijds voorstander van de gang naar Afghanistan. Ik vond het ondenkbaar dat het Taliban-regime onderdak bood aan terroristen die de aanslagen van 11 september 2001 op het Wereldhandelscentrum in New York en op het Pentagon in Washington op hun geweten hadden.
Wat mij betreft hadden we het gehouden bij het verdrijven van het Taliban-regime en de stationering van troepen om de wederopstanding van deze terroristische dreiging de kop in te drukken. Dit is gelukt en zo bezien is de missie een succes.
Maar in de verbouw van Afghanistan tot een gezellige en welvarende democratie naar Nederlands voorbeeld heb ik nooit geloofd. Toch wilden de Westerse landen, Nederland incluis, per se een wederopbouwmissie. De wens om meisjes weer naar school te sturen werd een belangrijk argument om aan de wederopbouwmissie deel te nemen.
Een goede exit-strategie
In 2015 verschoof het zwaartepunt naar training en opleiding ten behoeve van een leger- en politiemacht waarmee Afghanistan voor zijn eigen veiligheid moest gaan zorgen. Dat leek mij uitstekend en vormde bovendien een goede exit-strategie. Uiteindelijk bestond operatie Resolute Force uit ongeveer tienduizend militairen uit verschillende landen. Dat was een fractie van de ruim 100.000 die ooit waren ingezet.
Tienduizend is minder dan tweemaal de sterkte van de politie van Amsterdam. Daarom vielen die militairen nauwelijks op in een land met ruim 36 miljoen inwoners en een oppervlakte ter grootte van Frankrijk. Kortom, gezien het geringe aantal troepen dat nog in het land aanwezig is, moeten de gevolgen van hun vertrek niet worden overschat. Vechten deden die militairen allang niet meer. Dat blijkt uit de cijfers. Sinds 2015 is het aantal omgekomen militairen beperkt en staat het in geen verhouding tot 2010 toen 710 militairen sneuvelden.
De afgelopen jaren waren westerse special forces cruciaal. Daarmee konden gericht terroristen en extremistische Taliban worden aangepakt. Vaak faciliteerden westerse eenheden hun Afghaanse collega’s. Amerikaanse special forces zullen als laatste worden teruggetrokken. Het vertrek van alle troepen is onderdeel van een ondoordacht vredesakkoord van Trump met de Taliban, waarbij de Afghaanse regering niet betrokken was. Maar als Biden dit akkoord niet honoreert, zal de Taliban de oorlog aan Amerika verklaren.
De interne veiligheid is een probleem voor de Afghanen geworden
Inmiddels heeft de Taliban ongeveer de helft van het land onder controle en lijkt ze de belangrijkste politieke macht te worden. De verdere opmars zal de kleine successen op het gebied van vrijheden en mensenrechten ongedaan kunnen maken. Islamitische Staat heeft een filiaal in het land opgericht en Al-Qaida is er nog steeds actief. Tienduizend adviseurs en trainers kunnen daar weinig aan veranderen. Want de interne veiligheid is een probleem voor de Afghanen zelf geworden.
Dit wordt weer ons probleem als terroristen Afghanistan weer als trainingskamp en uitvalsbasis voor aanvallen tegen het Westen gaan gebruiken. Dan worden de Amerikanen en hun bondgenoten gedwongen terug te keren. Ik neem aan dat de Taliban dit achter de schermen heel erg duidelijk is gemaakt.
Rob de Wijk is hoogleraar internationale relaties en veiligheid aan de Universiteit Leiden en oprichter van het Den Haag Centrum voor Strategische Studies (HCSS). Hij schrijft wekelijks over internationale verhoudingen. Lees zijn columns hier terug.