Zonder twijfel is president Biden erin geslaagd China bovenaan de internationale agenda te zetten. Het begon al met zijn nieuwe initiatief genaamd Build Back Better World (B3W) waarmee hij samen met zijn partners op precies dezelfde wijze als China dat doet, grip op de wereld wil krijgen. Dit antwoord op het Belt and Road-initiatief van Peking lijkt de start van een nieuwe, wereldwijde race om investeringen in infrastructuur en daarmee om politieke invloed.
Wereldwijd is er behoefte aan ruim 40 biljoen dollar aan investeringen. China heeft inmiddels voor 273,6 miljard dollar in 3485 projecten gestoken, en is een verplichting voor totaal 1 biljoen aangegaan. Dus is er nog ruimte voor 39 biljoen aan extra bestedingen.
Als het alle deelnemers aan de G7, dus inclusief de EU en landen als India en Japan, menens is, dan wordt China met gemak weggespeeld. Want bij de G7-top afgelopen weekend in Cornwall zaten de rijkste landen aan tafel die samen 2 miljard burgers vertegenwoordigen. Wat geldt voor infrastructuur, geldt ook voor de bestrijding van Covid-19. Afgelopen mei nog zegde president Xi 3 miljard dollar aan hulp toe aan arme landen. De teller van de rijke landen staat op ongeveer 10 miljard dollar. En dat is nog maar het begin.
Grote ongerustheid
Xi zal met grote ongerustheid constateren dat de relatie tussen de EU en Amerika gerepareerd is. Handelsgeschillen worden bijgelegd en er wordt samen tegen China opgetrokken.
Peking wil geen inmenging in binnenlandse aangelegenheden, zoals de kwestie met de Oeigoeren, Hongkong, Taiwan en de Zuid-Chinese Zee. Maar precies daarmee willen de EU en Biden zich wel bemoeien. Biden herbevestigde tijdens zijn bezoek aan Europa het Amerikaanse Navo-commitment. Bovendien werd – naast Rusland – China tijdens de Navo-top als nieuwe bedreiging aangemerkt.
In Cornwall en daarna in Brussel kwamen landen bijeen die democratische waarden delen, hechten aan sterke instituties zoals de Wereldhandelsorganisatie, voorstander zijn van een sterke internationale rechtsorde en vrijhandel op basis van een gelijk speelveld.
Dit moet een einde maken aan de diefstal van intellectueel eigendom en de marktverstoring door gesubsidieerde Chinese staatsbedrijven die in Europa voor afbraakprijzen hun producten kunnen dumpen. En er moet een einde komen aan dwangarbeid. Dit alles is een regelrechte bedreiging voor China dat als autocratisch en staatskapitalistisch land zijn eigen ideeën heeft.
Hogere versnelling
Dat Biden Trumps handelsoorlog met China zou doorzetten was wel duidelijk, maar deze president schakelt naar een hogere versnelling. China is zo ontstemd dat er nieuwe wetgeving is aangenomen. Iedereen die China schaadt en zich met binnenlandse aangelegenheden bemoeit, komt op een sanctielijst. Zakendoen met China wordt zo risicovoller. Westerse bedrijven houden hun hart vast.
Daarom twijfel ik aan de effectiviteit van al die ferme plannen van Biden. China is de belangrijkste exportmarkt voor het Duitse Volkswagen en BMW. Merkel en haar beoogde opvolger Armin Laschet willen geen ramkoers, maar samenwerking. Ik denk dat Nederland en heel wat andere EU-landen er ook zo in staan.
Hier botsen de rauwe Amerikaanse machtspolitiek met Europese liberale politiek van engagement. Of het resultaat van Bidens toch wel historische reis deze confrontatie overleeft, is zeer de vraag.
Rob de Wijk, 18 juni 2021, Trouw
Rob de Wijk is hoogleraar internationale relaties en veiligheid aan de Universiteit Leiden en oprichter van het Den Haag Centrum voor Strategische Studies (HCSS). Hij schrijft wekelijks over internationale verhoudingen. Lees zijn columns hier terug.