„Ik ben voor de moslimterreur gevlucht uit een land waar vrouwen worden opgepakt die geen hoofddoekjes willen dragen. En nu dreigt in Almere het omgekeerde. Wat is het verschil?” Dit vroeg een goed ingeburgerde, maatschappelijk succesvolle Iraanse vluchteling aan mij. Als hij dit politieke klimaat had kunnen voorzien, was hij dan ook naar Nederland gekomen? „Ik denk van niet”, zei hij, „want mijn leven en dat van mijn Nederlandse vrouw en kinderen worden in dit land steeds moeilijker”.
Het is tekenend voor de polarisatie in ons land: tussen allochtonen en autochtonen; tussen links en rechts; tussen de burger en de elite en tussen de generaties over de prijs van vergrijzing en kredietcrisis. Populisten wakkeren het vuurtje aan en Wilders zegt de Fortuynrevolutie te willen afmaken. Eindelijk: het woord ’revolutie’ is gevallen. Als ik een vergelijking maak met ontwikkelingen in andere landen heb ik inderdaad het gevoel dat wij in een voor democratieën unieke prerevolutionaire fase zitten. Hoewel: Denemarken, Oostenrijk, Frankrijk en België zijn ons voorgegaan.
Door het gebrek aan politieke legitimiteit is de democratische onttakeling een snel voortwoekerend gezwel in de hele Westerse wereld. Zelfs de Verenigde Staten zijn bijkans onbestuurbaar door het gepolariseerde Congres en de tea party beweging; een burgerbeweging die de Republikeinen dwingt overal nee op te zeggen.
Hoe verder? Aanpassing van het democratische stelsel zal niet helpen. Kijk naar de financiële crises. Het mondiale financiële stelsel is niet intrinsiek verrot. Nee, het is de hebzucht en incompetentie van de sleutelspelers die het stelsel naar de afgrond hebben geleid. Vandaar de roep om sterke toezichthouders.
Zo is het ook met onze democratie. Aan het stelsel mankeert niets; wel aan de sleutelspelers. Ministers en staatssecretarissen hebben nauwelijks gezag en gaan samen met de politieke toezichthouder, het parlement, ten onder in rellen die door de media worden geëxploiteerd of veroorzaakt. Dat de legitimiteit zo wordt aangetast hoeft geen betoog. Vandaar de roep om sterke leiders.
Politieke gelukzoekers of populisten hebben ook geen oplossingen en vergaren macht voor het bereiken van onduidelijke doelstellingen door bevolkingsgroepen tegen elkaar op te zetten. In de ontluikende democratieën op de Balkan, in Afrika en Zuid Amerika was populisme en het creëren van tegenstellingen en vijandbeelden een beproefde methode om via democratische verkiezingen sterke mannen aan de macht te brengen die orde op zaken zeggen te stellen, maar die de puinhoop alleen maar groter maken. Hoe een Fortuynrevolutie met twintig procent van de stemmen moet worden voltooid is mij een raadsel, behalve als het politieke systeem implodeert.
Wat moet de traditionele politiek hiermee? Zichzelf opnieuw uitvinden en gezag herwinnen, zou ik zeggen. Dat kan door te depolitiseren en te ’onthypen’. Stel straks een kabinet samen van relatief onbekende technocraten, die weliswaar door hun partij zijn voorgedragen, maar zich niet echt als politici gedragen.
De belangrijkste eisen voor toekomstige ministers zijn bindend vermogen, op kennis gebaseerd authentiek leiderschap, en ongevoeligheid voor hypes en politiek gemillimeter. Zo’n ploeg moet samen door een deur kunnen en gaat met een flinterdun regeerprogramma aan de slag waarin slechts afspraken worden gemaakt over prioriteiten. Prioriteit nummer 1 is ons door de crisis loodsen. De Kamer dient dan vooral te debatteren over de vraag of de kabinetsvoorstellen bijdragen aan die doelstelling. Het feit dat Nederland door coalities van vier of vijf partijen moet worden geregeerd maakt deze aanpak extra noodzakelijk.
Trouw