Op trumpiaanse wijze verdedigde president Biden zijn besluit om zijn troepen uit Afghanistan terug te trekken. De doelstellingen zijn bereikt, Afghanistan is geen vrijplaats meer voor terroristen.
Twintig jaar geleden was dat een prima argument om na het verdrijven van de Taliban en Al Qaida naar huis te gaan. Voor mijn part was het argument gebruikt toen in 2011 Osama bin Laden, de leider van Al Qaida, werd gedood. Maar anno 2021 slaat het nergens op. Dat geldt ook voor het argument dat nation building nooit het doel is geweest. De Amerikanen hebben daar honderden miljarden aan gespendeerd.
De opbouw van een land dat in 2001 een functionerende staat, onderwijssysteem, leger en politie ontbeerde, was zelfs de belangrijkste reden voor de Europese bondgenoten om Amerika te steunen. Want meisjes moesten naar school.
Ook voor Biden is het America First. Zijn voorganger zegde van de ene op de andere dag de steun aan de Irakese Koerden op en wilde van de Navo af. Biden zegt de Navo te steunen, maar besluit eenzijdig over de terugtrekking en laat zijn Afghaanse en Europese bondgenoten stikken. Op 31 augustus, komende dinsdag, is Amerika weg, ook al zijn de Europeanen dan nog aan het evacueren. Dat schoot veel Europese leiders terecht in het verkeerde keelgat.
De echte strijd is met China en Rusland
Ik heb met Biden nooit geloofd in de opbouw van Afghanistan. Als puntje bij paaltje komt, hebben wij Westerlingen daar het geduld niet voor en zijn we niet bereid daarvoor de noodzakelijke offers in geld en mensenlevens te brengen. Maar als je vindt dat je weg moet, doe het ordentelijk en kom met de werkelijke reden.
Die heeft Biden gek genoeg wel gegeven. Het viel alleen niet op. De president wil geld en aandacht aan de echte strijd kunnen spenderen, namelijk de competitie met China en Rusland. Hij wil af van de wars of choice, de niet direct noodzakelijke oorlogen, die de Amerikaanse belangen niet dienen. Daarom wil Biden alleen zogeheten wars of necessity voeren. Dat is goed voor de middenklasse. Die profiteert niet van Afghanistan, maar wel van een harde aanpak van China waardoor banen naar Amerika terugkomen en het handelstekort slinkt.
Bidens Chinese en Russische collega’s, Poetin en Xi, waren er als de kippen bij om duidelijk te maken dat door de chaotische terugtrekking de doodsklok voor de Amerikaanse hegemonie had geslagen. Maar dat is retoriek, want Bidens besluit is voor hen slecht nieuws. Een extremistisch Afghanistan is een groter gevaar voor hen dan voor Amerika. Afghanistan grenst aan China en kan de Russische invloedssfeer besmetten. Nu de Amerikanen in Afghanistan niet langer het vuile werk willen opknappen, wordt het hun probleem.
Bovendien weten ze dat Biden zijn aandacht nu op hen kan concentreren.
De vraag is echter of bondgenoten, inclusief de Europeanen, staan te trappelen om zich onder Amerikaanse leiding in een nieuw avontuur te storten. Ik denk van niet.
Het echec van Afghanistan zal er vooral toe leiden dat Europeanen Amerika steeds minder als hun leider zien, maar economisch en militair hun eigen koers willen gaan varen. Ik was daarom niet verbaasd dat EU-buitenlandcoördinator Borrell met een nieuw plan voor een Europees leger kwam.
Rob de Wijk is hoogleraar internationale relaties en veiligheid aan de Universiteit Leiden en oprichter van het Den Haag Centrum voor Strategische Studies (HCSS). Hij schrijft wekelijks over internationale verhoudingen. Lees zijn columns hier terug.