De afgelopen twee weken stond de begroting van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp (BHO) op de agenda van de Tweede Kamer. Ter discussie: het plan van de huidige regering om de komende vijf jaar 10 miljard euro te besparen en de Nederlandse belangen weer op één te zetten. Een nadere blik op de meest recente Nationale Veiligheidsstrategie leert echter dat een besparing op ontwikkelingssamenwerking (OS) de Nederlandse veiligheidsbelangen rechtstreeks zal schaden, exact het tegenovergestelde van wat dit kabinet voor ogen heeft, zo betogen Pieter-Jan Vandoren en Tom Middendorp.
Op het eerste gezicht valt de beslissing van het Kabinet Schoof te begrijpen. De mondiale geopolitieke verharding zorgt voor een globale shift van soft power naar hard power, waarbij de eigen belangen voorop staan en er minder ruimte lijkt voor ‘altruïstische’ ontwikkelingshulp (het huidige kabinet spreekt niet langer over ontwikkelingssamenwerking). De huidige regering stelt het in een beleidsnota over BHO zo: ”Een wereld met oplopende geopolitieke spanningen vereist een assertief kabinet dat waakt over de Nederlandse belangen…”.
Daarnaast blijkt ook dat OS niet altijd effectief is. De directie Internationaal Onderzoek en Beleidsevaluatie (IOB) van Buitenlandse Zaken, die onder meer het OS-beleid evalueert, schrijft in verschillende rapporten hoe een gebrek aan realiteitszin, strategie, implementatie en meetbaarheid ertoe leidt dat de beoogde resultaten niet worden bereikt. Het argument van de coalitie dat er meer focus nodig is, lijkt dan ook te kloppen.
Veiligheid thuis begint bij stabiliteit elders
In 2023 publiceerde Nederland de Rijksbrede Nationale Veiligheidsstrategie, waarbij voor het eerst binnenlandse en buitenlandse veiligheidsbelangen aan elkaar werden gekoppeld “om recht te doen aan de verwevenheid die er nu eenmaal is en om nieuwe dwarsverbanden te kunnen leggen”. Veiligheid thuis begint bij stabiliteit elders.
Deze stabiliteit is momenteel ver te zoeken. De Russische invasie van Ukraine, het conflict in Gaza en Libanon, de burgeroorlogen in Soedan en Libië en de coups in Mali, Niger en Tsjaad maken de omcirkeling van Europa door conflict en instabiliteit compleet. Bovendien dreigt klimaatverandering grote delen van Noord Afrika, de Sahel en het Midden Oosten verder te destabiliseren.
Nederlandse ontwikkelingssamenwerking heeft altijd als doelstelling gehad om meer stabiliteit te bereiken in de wereld. De Nationale Veiligheidsstrategie wijst erop dat het bereiken van stabiliteit in andere landen geen buitenlands liefdadigheidswerk is, maar een binnenlandse veiligheidskwestie.
De geopolitieke urgentie betekent tevens dat een ontoereikend OS-beleid onze eigen veiligheid in gevaar brengt. Het huidige OS-beleid, gebaseerd op beleidsstukken vóór 2023 gaat nog steeds uit van de artificiële tweesplitsing tussen binnenland en buitenland. Een evenwichtigere balans tussen de breed gedefinieerde duurzame ontwikkelingsdoelen (SDGs) en de Nederlandse veiligheidsbelangen moet dan ook de nodige scherpte creëren die momenteel ontbreekt.
Het recente voorstel van Minister Klever om de verantwoordingsystematiek van ontwikkelingssamenwerking te herzien, komt dan ook uiterst gelegen. Waar de minister het OS-beleid scherper wil stellen om meer uit elke euro te halen, stellen wij dat de verantwoordingsystematiek deze nieuwe geopolitieke realiteit moeten onderkennen en de Nederlandse belangen een zwaarder gewicht moet toebedelen in de evaluatie van bestaande en de toewijzing van nieuwe OS-programma’s.
De samensmelting van buitenlandse en binnenlandse veiligheid betekent dat OS niet een linkse hobby is, maar een belangrijk instrument om de stabiliteit in andere landen te behouden en daarmee de Nederlandse veiligheidsbelangen te behartigen. Een kabinet dat een veiliger Nederland wil, investeert dus juist méér in OS.
Pieter-Jan Vandoren en Tom Middendorp
Een aangepaste versie van dit artikel werd op 27 november in Trouw gepubliceerd.