Nederland wil veel van de EU. Een lagere afdracht, uitzonderingen op het mestbeleid en een opt-out voor het asielbeleid. Geen gezamenlijke leningen om Europa innoverend en concurrerend te maken. En Europese ambtenaren? Brussel is een waterhoofd, heet het. Terwijl de EU, met 450 miljoen inwoners, in verhouding maar een fractie heeft van het aantal rijksambtenaren dat voor 18 miljoen Nederlanders bezig is.
Dat de gemiddelde Nederlander niet precies weet hoe het er in Brussel aan toegaat is hooguit vervelend, maar niet rampzalig. Wel ernstig is het, als de kennis van de EU onder politici onthutsend gering is. Dat leidde ertoe dat de brief van minister Faber over de asiel-opt-out, die helemaal niet mogelijk is tenzij er een verdragswijziging komt, niet aan de voorzitter van de Europese Raad, maar aan de voorzitter van de Europese Commissie werd gestuurd. In Brussel werd hierover besmuikt gelachen.
De EU heeft er geen zin in
Wie niet begrijpt hoe internationale politiek werkt, in het bijzonder de EU, weet niet dat de gunfactor belangrijk is. Wie alleen maar komt halen, niets brengt en alleen de kont tegen de krib gooit, is in het buitenland, inclusief Brussel, snel klaar. Dat ondervond de nieuwe Britse premier Starmer vorige week.
Natuurlijk werd ook hij vriendelijk ontvangen. En natuurlijk wordt er geluisterd naar de Britse noden, veroorzaakt door de brexit. Starmer kwam met de pet in de hand vragen om meer samenwerking. Hij wil soepelere grenscontroles voor voedsel en drank. Hij wil gemakkelijkere toegang voor artiesten die in Europa willen touren.
Maar elke discussie liep stuk op de wens van de EU om 18- tot 30-jarigen het recht te geven om te werken, te studeren of vrijwilligerswerk te doen in het Verenigd Koninkrijk. De belangrijkste conclusie, na Starmers bezoek, was dat onderhandelingen moeizaam zullen verlopen en lang zullen duren. De EU liet al merken daar geen zin in te hebben.
Liever arm, maar trots
Het is mooi dat na de post-brexitchaos met slecht functionerende premiers als Theresa May, Boris Johnson en Liz Truss er nu een regering is die een beetje normaal doet, maar daardoor wordt ook de ramp van de brexit goed zichtbaar. De migratie naar het VK, waar het allemaal om te doen was, is sinds de brexit alleen maar toegenomen. Desondanks zit de horeca te springen om personeel. De gezondheidszorg kampt bovendien met een chronisch geldgebrek.
Eerder dit jaar luidde de burgemeester van Londen de noodklok. Door de brexit is zijn stad zo’n 300.000 banen kwijtgeraakt en verkeert, onder meer door de hogere voedselprijzen, de bestaanszekerheid in een crisis. De economie van Londen alleen al kromp met 30 miljard pond. Die van het Verenigd Koninkrijk met 140 miljard. De gemiddelde Brit ging er jaarlijks 2000 pond op achteruit.
Feit is dat Britse leiders hun kiezers hebben voorgelogen over de brexit. Inmiddels wil de meerderheid van de jongeren terug in de EU. Voor de ouderen is het fifty-fifty. Liever arm, maar trots en onafhankelijk dan welvarend, lijken veel oudere Britten te vinden. Degenen die in Nederland denken dat je in Brussel van alles kunt eisen, zonder er iets voor terug te geven, doen er goed aan de premier van het sinds de brexit onafhankelijke Britse Rijk eens naar zijn ervaringen te vragen.
Rob de Wijk, Trouw, 10 oktober 2024
Rob de Wijk is hoogleraar internationale relaties en veiligheid aan de Universiteit Leiden en oprichter van het Den Haag Centrum voor Strategische Studies (HCSS). Hij schrijft wekelijks over internationale verhoudingen. Lees zijn columns hier terug.