De recente rellen hebben de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) verrast. Maar mij niet. Lees de Fragiele Staten Index 2021 van het Fund for Peace, combineer deze met het avondklok-oproer, en je kon vermoeden welke kant het op zou gaan. In de trans-Atlantische wereld is de instabiliteit vooral toegenomen in de VS, gevolgd door Spanje en België.
Ook Nederland is meetbaar instabieler geworden. Overal ter wereld heeft de pandemie diepgevoelde grieven gemobiliseerd en vinden rellen plaats die op zich weinig met Covid-19 te maken hebben.
Covid-19 is een schok voor de gezondheidszorg, maar ook een klap voor de politieke stabiliteit, de veiligheid en de economie. De gigantische steunpakketten hebben de economische klap behoorlijk getemperd. Zonder waren we nu waarschijnlijk in een halve burgeroorlog verzeild geraakt.
Waarom dan toch die overrompeling bij een organisatie als NCTV die ik op zich hoog heb zitten? Ik denk dat het een onderschatting is van dynamische processen, gekoppeld aan optimisme. Dat is typisch voor overheden.
En voor de medische wereld. Vorige week zat ik in een radioprogramma met internist, hoogleraar Marcel Levi, die aangaf dat al die medische prognoses over het verloop van de pandemie en de effecten van maatregelen gebaseerd waren op optimisme.
Tot nu toe heb ik inderdaad nauwelijks deskundigen gehoord die denken dat de huidige aanpak voldoende is als scholen, waar de meeste besmettingen worden geconstateerd, open mogen blijven. Kennelijk wil het kabinet het optimistische beeld schetsen dat we er voor de kerst wel doorheen zijn. En dan is er nog niet eens rekening gehouden met de Omikronvariant.
Ook recent onderzoek van KPMG concludeert dat het regeringsbeleid vaak tegen beter weten in is gebaseerd op ‘optimistische scenario’s’ die ingaan ‘tegen de wetenschappelijke consensus’. Optimisme is echter geen strategie, maar een gevoel. Als crisismanager heb je er niets aan. Dit verklaart ook waarom volgens KPMG het voorzorgsbeginsel onvoldoende wordt toegepast.
Dat eist dat de overheid zich voorbereidt op eventualiteiten als er op basis van wetenschappelijk onderzoek gegronde redenen zijn voor zorg over de toekomst. Gebeurt dat niet, dan zijn ‘dansen met Janssen’ en ‘de mensen perspectief bieden’ holle frasen.
Het negeren van het voorzorgsprincipe is niets minder dan verwijtbare nalatigheid. Want dat verhindert het maken van een realistisch scenario over het verloop van de pandemie, en van te verwachten politieke, maatschappelijke en economische stabiliteit. Dat laatste lijkt het enige beleidsterrein waar dat beginsel een rol heeft gespeeld.
Het probleem heet ‘mindset’. Trouwe lezers weten dat ik niet het zonnetje in huis ben en u vaak trakteer op doemscenario’s. Dat komt door mijn achtergrond. Iedereen die zich met geopolitiek, nationale en internationale crisisbeheersing bezighoudt maakt worst-case-scenario’s. Want die kloppen meestal, ook al wil je ze eigenlijk niet horen.
Maar hoogleraar Levi stelde dat er helemaal geen medische scenario’s voor de wat langere termijn worden gemaakt. Het gaat om fiksen en er het beste van hopen. Dat is geen crisisbeheersing, maar gokken.
Kunnen er niet eens wat echte crisisexperts aanschuiven? En als dat al wel gebeurt, luister dan eens naar hen.
Rob de Wijk is hoogleraar internationale relaties en veiligheid aan de Universiteit Leiden en oprichter van het Den Haag Centrum voor Strategische Studies (HCSS). Hij schrijft wekelijks over internationale verhoudingen. Lees zijn columns hier terug.
Bron: Trouw.nl