Over het algemeen komt de Europese Unie sterker uit een crisis. Maar nu vraag ik mij af wat ik na mijn vakantie aantref. De coronacrisis lijkt immers op een herhaling van de financiële crisis die in 2008 begon, maar dan erger. Door die crisis is in de noordelijke lidstaten het idee ontstaan dat de zuidelijke lidstaten feestvierende verkwisters zijn die hun begroting niet op orde hebben. Die landen moesten dus hervormen en bezuinigen om steun te ontvangen.
Dat Italië de afgelopen decennia veel vaker een primair overschot had dan Nederland en dus minder geld uitgaf dan er binnen kwam, doet inmiddels al niet meer ter zake. Dat geldt ook voor het feit dat wij door al die steunoperaties naar de zwaar getroffen landen konden blijven exporteren. Uiteindelijk hebben die reddingsoperaties Nederland weinig gekost.
Beeldvorming staat nu oplossingen in de weg. Het voorgestelde reddingspakket van 750 miljard euro lijkt astronomisch hoog. Maar zelfs zonder het Verenigd Koninkrijk bedraagt het bbp van alle EU-lidstaten samen nog steeds ruim 13.000 miljard euro. Zo bezien is de 750 miljard geen bedrag om wakker van te liggen.
De obstakels zijn vooral ideologisch. Gaan we die landen door middel van leningen of door middel van giften op de been helpen? Nederland wil dat laatste niet omdat die landen dan beloond worden voor slecht gedrag. Duitsland stond er ook zo in.
Maar Covid-19 bleek een democratisch virus: alle landen werden getroffen. Italië kon er weinig aan doen dat het virus daar vanuit China als eerste terecht kwam. Net als tijdens de pest in de 14de eeuw overigens.
Solidariteit uit eigenbelang
Voor solidariteit is dus veel te zeggen. Al was het alleen maar uit eigenbelang. Want als Italië, de achtste economie van de wereld, onderuitgaat, zakt voor Nederland net als voor Duitsland een belangrijke exportmarkt in. Merkel ziet dat en maakte een draai.
Een heikel punt is de verdeelsleutel. Daarmee heeft de Unie sowieso slechte ervaringen. Kijk naar de vluchtelingencrisis. Vluchtelingen verblijven onder erbarmelijke omstandigheden in Griekenland en Italië, terwijl ze volgens een afgesproken sleutel over de lidstaten moeten worden verdeeld. Ook deze ervaring heeft de relatie tussen zuid en noord vertroebeld.
Nu protesteren lidstaten tegen te ruimhartige steun aan landen die dat niet nodig hebben. Door de gekozen verdeelsleutel ontvangen Italië en Spanje terecht veel. Maar het rare is dat Bulgarije, Griekenland, Slowakije en Polen ook relatief veel krijgen, terwijl daar het virus niet echt heeft huisgehouden.
Politieke criteria
Het lijkt erop dat niet alleen gekeken is naar de veerkracht van landen die hard zijn geraakt, maar ook naar zachtere, politieke criteria. Dat leidt ertoe dat een land als Polen, waar de PiS-regering een loopje met de rechtstaat neemt, door Brussel goed bediend wordt.
Mij maakt het niet zo veel uit of landen leningen of giften krijgen. Ik zou ook uitkijken met te strenge eisen ten aanzien van economische hervormingen. Het gaat immers om het redden van de interne markt.
Maar er is een kans die nu niet onbenut mag worden gelaten: verbind steun aan de bescherming van de typische Europese waarden zoals de rechtstaat. Op die manier kunnen landen als Polen, Hongarije en Malta misschien weer op het rechte pad worden gebracht.
Rob de Wijk is hoogleraar internationale relaties en veiligheid aan de Universiteit Leiden en oprichter van het Den Haag Centrum voor Strategische Studies (HCSS). Hij schrijft wekelijks over internationale verhoudingen. Lees zijn columns hier terug.