De Britse premier Chamberlain trachtte Hitler in september 1938 met grote concessies te paaien. Door hem toe te staan Sudetenland te annexeren trachtte hij een oorlog te voorkomen. Dit mislukte faliekant. Op 1 september 1939 viel Hitler Polen binnen. Een groeiende groep gebruikt nu deze episode om hard ingrijpen in Oekraïne te rechtvaardigen.
De redenering dat we nu militair moeten ingrijpen om Poetin te stoppen zodat een Russische aanval op de Baltische staten wordt voorkomen, is aantrekkelijk door zijn eenvoud. Maar die slaat de plank volledig mis. Wat er nu in Oekraïne gebeurt heeft vele precedenten die niets met Chamberlains actie te maken hebben.
Niet de Tweede Wereldoorlog is het referentiekader, maar recente interventies. In 2003 vielen de Amerikanen Irak binnen om dictator Saddam Hoessein te verdrijven. President Bush wilde toen een moorddadig regime verdrijven dat over massavernietigingswapens zou beschikken. Dat Saddam moorddadig was klopte, maar voor de massavernietigingswapens ontbrak elk bewijs.
Poetin bedient zich nu van dezelfde retoriek. De Oekraïense president Zelenski is voor hem een nazi die met Amerikaanse steun massavernietigingswapens ontwikkelt. Elk bewijs ontbreekt.
Zwakte van de Navo
In Chamberlains dagen was er geen Navo met een veiligheidsgarantie voor de aangesloten landen. De echte rode lijn is daarom uitbreiding van de strijd naar het bondgenootschap. Rusland weet dit. De zwakte van conventionele strijdkrachten van de Navolanden betekent wel dat Poetin de vrije hand in Oekraïne heeft. Maar hij weet ook dat hij met agressie tegen de Baltische staten een nucleair antwoord riskeert.
Want door decennia van bezuinigingen kan de Navo zichzelf niet meer verdedigen en zijn de in de Baltische staten geplaatste troepen niet meer dan een trip wire, een struikeldraad die, als je ertegenaan loopt, een kernwapenoorlog kan ontketenen. Dat is geen Chamberlainse zwakte, maar een angstaanjagend vooruitzicht.
Het echte probleem van de Navo zijn vormen van agressie die een dergelijk antwoord niet rechtvaardigen. Stel dat Rusland met een hypersonisch wapen een aanval uitvoert op een complex ergens in Polen van waaruit de militaire bevoorrading van Oekraïne plaatsvindt. Voor Poetin is dit complex zonder meer een legitiem militair doelwit. Maar wat gaat de Navo dan doen? Een kernwapen gooien? Met een raket een Russisch schip in de Zwarte Zee tot zinken brengen? Toch maar een no-fly zone inrichten terwijl we weten dat we daarmee zeker in oorlog met Rusland komen?
Hoe groter de chaos, hoe groter Poetins kansen
Chamberlain hoefde dit soort vragen niet te beantwoorden. Wij wel. Want er is al een oorlog die inmiddels tot een patstelling heeft geleid. Historisch gezien zou er dan ruimte voor een vredesakkoord zijn. Maar Poetin kan ook besluiten te escaleren en de Navo bij het conflict te betrekken. Want hoe groter de chaos, hoe beter zijn kansen. Die chaos kunnen we overigens zelf ook creëren door ons nu in het conflict te mengen. Het Poolse voorstel voor een vredesmacht in oorlogsgebied die door Poetin als een invasiemacht zal worden gezien, is daarvan het jongste voorbeeld.
Chamberlain wilde een oorlog voorkomen. De oorlog in Oekraïne is er al. De belangrijkste opgave voor Westerse politici is niet om meer voor Oekraïne te doen, maar om te voorkomen dat een grote slachtpartij in heel Europa ontstaat.
Rob de Wijk is hoogleraar internationale relaties en veiligheid aan de Universiteit Leiden en oprichter van het Den Haag Centrum voor Strategische Studies (HCSS). Hij schrijft wekelijks over internationale verhoudingen. Lees zijn columns hier terug.
Bron: Trouw