Research
In een tijd waarin veel aandacht wordt besteed aan de ontwikkeling van het nieuwe energiesysteem, richt deze studie zich op de vraag hoe het afscheid van het oude, fossiele systeem er uit gaat zien.
De Europese Unie (EU) consumeert nog veel olie en gas, maar produceert deze nauwelijks meer. Men is slecht voorbereid op de risico’s die dat met zich meebrengt, wat kan leiden tot hoge prijzen voor energie. Een snelle energietransitie is wenselijk, maar het zou niet de enige strategie moeten zijn om met deze risico’s om te gaan.
Het contrast met de Verenigde Staten (VS), qua olie en gas zelfvoorzienend, is groot. Olie- en gasproductie blijft hier langer een goed werkend en geaccepteerd verdienmodel. Goedkoop schaliegas draagt bij tot structureel lage energieprijzen, wat een voordeel is voor de Amerikaanse industrie.
De huidige investeringen van de olie- en gasindustrie liggen op ongeveer de helft van het niveau van 10 jaar geleden. Hieraan liggen zowel druk vanuit de samenleving als zorg om stranded assets – activa zoals olievoorraden en installaties, die hun financiële waarde verliezen door marktveranderingen en de energietransitie – ten grondslag. Resterende investeringen richten zich vooral op projecten met een korte terugverdientijd en een lage koolstofvoetafdruk.
De lage koers-winstverhoudingen van Europese olie- en gasbedrijven maken hen kwetsbaar voor overnames. Zij willen de overstap naar CO2–vrije (koolstof-neutrale) activiteiten wel maken, maar het is de vraag of hun wereldwijde aandeelhouders dat ook toestaan, in het snelle tempo dat door de Europese samenleving wordt vereist. Het is geen gegeven dat fossiele en koolstofarme activiteiten onder één dak kunnen floreren.
Het aandeel in de investeringen door nationale oliebedrijven (National Oil Companies – NOC’s) is de afgelopen 10 jaar gegroeid. Het lijkt waarschijnlijk dat OPEC+ op den duur een groter aandeel in de wereldwijde olieproductie zal krijgen. Landen zoals Saoedi-Arabië staan voor een dilemma: streven naar maximale opbrengsten of de hoeveelheid olie die in de grond blijft zitten beperken. Momenteel lijken ze voor de eerste optie te kiezen, maar naarmate de energietransitie vordert zal het behouden van de eenheid binnen OPEC+ moeilijker worden.
Voorspellingen over toekomstige fossiele brandstofmarkten blijven moeilijk vanwege de grote gevolgen die kleine veranderingen in vraag of aanbod kunnen hebben op de prijs. Geopolitiek is terug als een bepalende factor op de fossiele markten; er is een toenemende neiging om energie, of grondstoffen voor de energietransitie, als drukmiddel te gebruiken. De toekomstige vraag naar olie en gas is, net als de snelheid van de energietransitie, uitermate onzeker. Toch lijken twee ontwikkelingen waarschijnlijk voor de fossiele markten tot 2035, tijdens de eerste helft van de energietransitie.
- Fossiele markten zullen worden gekenmerkt door een hoge mate van volatiliteit. Verschillende factoren dragen hieraan bij: schalieolie heeft steeds minder een dempend effect, OPEC-producenten hechten minder belang aan hun reputatie als betrouwbare leverancier, de toenemende invloed van geopolitiek, de beperktere mogelijkheid om te schakelen tussen gas en kolen bij hoge gasprijzen, en de geleidelijke productieverschuiving van internationale oliebedrijven (International Oil Companies – IOC’s) naar NOC’s.
- Het is goed mogelijk dat olie-en gasmarkten gemiddeld eerder relatief hoge dan lage prijzen zullen laten zien. Ook hier spelen diverse factoren een rol: lage investeringen in vergelijking met de kortetermijnvraag, een snellere afname van investeringen door IOC’s in vergelijking met NOCs, en OPEC-producenten die voorlopig inzetten op hogere prijzen.
Voor Nederland is het raadzaam om de snelle afname van de Nederlandse gasproductie te vertragen. Beprijzen van de uitstoot van broeikasgassen en het verminderen van emissierechten werkt structureel beter dan het belemmeren van productie met een relatief lage koolstofvoetafdruk. Daarnaast zou men leveranciers moeten stimuleren om nog langetermijncontracten voor de inkoop van gas af te sluiten. Een zich volledig verlaten op de kortetermijninkoop brengt op krappe gasmarkten grote risico’s met zich mee.
Auteurs: Jilles van den Beukel en Lucia van Geuns; Met medewerking van: Tom Draaijer.
November 2023
Deze rapportage is het resultaat van onafhankelijk onderzoek. De verantwoordelijkheid voor de inhoud ligt volledig bij de auteurs.
Bron cover foto: Moritz Kindler, via Unsplash