Afgelopen weekeinde zag ik tijdens een internationale conferentie in Bratislava een stoet van staatshoofden, regeringsleiders, ministers en andere hoogwaardigheidsbekleders voorbijtrekken die in de dagen daarvoor aan president Trump waren blootgesteld.
Ze probeerden op geforceerde wijze optimistisch te blijven. Ja, de NAVO was nog steeds een waardengemeenschap. En ja, de collectieve verdedigingsgarantie, het beroemde artikel 5 van het NAVO-verdrag, staat nog steeds overeind. Maar in de wandelgangen waren er zorgen. Trump hakte op de bondgenoten in en wilde de NAVO niet echt omarmen.
De Amerikaanse minister Tillerson trachtte de schade nog te beperken door te melden dat Trump artikel 5 wel degelijk belangrijk vindt. In Bratislava beweerde de Amerikaanse republikeinse senator Johnson botweg dat Trump verkeerd begrepen was. Ook in Bratislava hield de plaatsvervangend secretaris-generaal van de NAVO de moed erin door te wijzen op een discussie achter de schermen met Trump over gedeelde trans-Atlantische waarden en de nut en noodzaak van de alliantie.
Een ontmoeting met EU-vertegenwoordigers in Brussel verliep ook al niet goed. Daar dreigde Trump de Duitsers met protectionistische maatregelen tegen de Duitse auto-industrie. En de G7 verliep vervolgens ook niet best, ondanks de mooie woorden van het slotcommuniqué. Trump weigerde het klimaatakkoord van Parijs te omarmen en ging met het mes op de keel akkoord met vrijhandel, terwijl dat voor de leider van de westerse liberale wereldorde geen discussiepunt had mogen zijn.
Al dat chagrijn stond in schril contract met de hartelijkheid en goede wil tijdens het bezoek van Trump aan Saudi-Arabië. Kennelijk voelt hij zich meer thuis bij potentaten die hun bevolking onderdrukken en waaraan hij wapens kan slijten dan bij de bondgenoten die zeuren over democratie, vrijhandel en milieu.
Geforceerd optimistich
Toch word ik moe van Europese leiders die geforceerd optimistisch de moed erin houden, terwijl ze beter weten. Ik word moedeloos van verklaringen over het belang van de gedeelde liberale waarden als vrijheid en democratie. Die delen we met Amerika nauwelijks meer, al was het alleen maar omdat dit land volgens de Economist Intelligence Unit sinds 2017 geen volledige democratie meer is, maar een gemankeerde.
Trump heeft een autoritaire regeerstijl en heeft lak aan de pijlers onder de rechtsstaat. Met een gemankeerde democratie is het moeilijk waarden delen.
Landen als Polen en Hongarije en veel populistische en pro-Russische extreme partijen die in vrijwel alle lidstaten van de EU te vinden zijn, delen zijn waarden ongetwijfeld wel. Dit is een regelrechte bedreiging voor de Europese Unie.
Velen hopen dat Trump wel bijdraait. Niet dus. Net zomin als de populistische leiders in Polen en Hongarije die nu bezig zijn om hun macht over de rug van naïeve en rancuneuze kiezers te versterken. Bovendien is hoop geen beleid.
Het wordt tijd dat politieke leiders in Europa openlijk erkennen dat Trump enorme schade berokkent aan de trans-Atlantische betrekkingen, erkennen dat er een einde is gekomen aan het Amerikaans leiderschap en dit land nu een gemankeerde democratie is waarmee we nauwelijks meer waarden delen.
Dat vereist meer Europese samenwerking, precies zoals bondskanselier Merkel wil. Trumps afschieten van het klimaatverdrag onderstreept haar gelijk.