Het is raar gesteld met de solidariteit. In de Kamer bestond brede twijfel aan steun voor de zuidelijke eurolanden. De PVV en de SP wilden zelfs een referendum over het permanente noodfonds dat vanaf 2013 de financiële stabiliteit in de eurozone moet waarborgen.
Een vreemde move, omdat zonder deze afspraken de euro instort en het gebeurd is met uw en mijn welvaart. Om de euro te redden werd overigens ook het stabiliteits- en groeipact aangescherpt. Eurolanden moeten hun staatsschuld onder de 60 procent van de overheidsuitgaven houden en het begrotingstekort onder de drie procent. Doen zij dat niet, dan volgen vrijwel automatisch forse sancties.
Deze afspraken en andere om Europa meer concurrerend te maken, zijn een stap in de richting van meer integratie, of we het willen of niet. Maar juist deze consequentie van noodzakelijke maatregelen was de reden waarom PVV en SP een referendum wilden en PvdA, ChristenUnie en SGP twijfelden. Omdat tegenstemmen het eigenbelang schaadt, kwam er uiteindelijk toch een meerderheid. Met solidariteit had het weinig te maken.
In de Kamer werd vrijwel gelijktijdig een motie aangenomen die de regering ertoe oproept de wenselijkheid van een vliegverbod boven Libië te benadrukken. Gezien de humanitaire ramp die zich daar leek te gaan voltrekken, was dat een begrijpelijk initiatief om solidariteit te tonen. Wie A zegt, moet ook B zeggen, heet het in Den Haag.
Inmiddels heeft de NAVO de operatie van de Amerikaans-Brits-Franse gelegenheidscoalitie overgenomen en gaat ook Nederland volop deelnemen aan luchtacties boven het door burgeroorlog verscheurde Noord-Afrikaanse land.
Toch zou je verwachten dat niet alleen PVV, SP en de Partij voor de Dieren tegenstemden. In Libië staat geen enkel belang op het spel. Libië heeft nauwelijks olie en de kans dat het conflict overslaat naar de hele regio is klein. Met een beetje goede wil kan het voorkomen van vluchtelingenstromen als belang worden gezien, maar die blijken juist door militair ingrijpen in nog grotere mate te ontstaan.
Het doet me sterk denken aan de discussies die hebben geleid tot de interventies in Bosnië in het begin van de jaren negentig, in Kosovo (1999), Afghanistan (2001) en Irak (2003). Maar iedere keer ebden morele verontwaardiging en solidariteit weg als bleek dat het brengen van vrede en stabiliteit een langdurig en kostbaar proces was en westerse levens koste.
Ik ben benieuwd hoe lang het duurt voordat de solidariteit met Libië verbrokkelt. Als partijen in dat land snel tot bezinning komen en gaan onderhandelen, is er niets aan de hand. Maar de kans is groot dat uiteindelijk de NAVO de vrede op de grond moet bewaren. En dat betekent een commitment van jaren.
Ik blijf me erover verbazen hoe publieke opinie en politieke besluitvorming werken. Solidariteit wordt gedreven door emoties en staat los van het nationale belang.
Volgens de wetten van de logica zou de steun aan noodfonds en groei- en stabiliteitspact groot moeten zijn en die aan een vliegverbod klein.
Omdat het omgekeerde het geval is, rijst de twijfel of rationele besluitvorming in een democratie überhaupt mogelijk is.
Trouw