Research
Bij de verhalen die u in 2011 heeft gemist’ plaatste het Amerikaanse tijdschrift Foreign Policy de opbouw van de Indiase krijgsmacht op de eerste plaats. India was vorig jaar de grootste importeur van wapens. Vooral de Indiase marine wordt in hoog tempo gemoderniseerd en vergroot. India koopt de komende twintig jaar voor 45 miljard dollar 103 nieuwe oorlogsschepen. Er lijkt zelfs sprake van een wedloop met China. Dat land spendeert de komende twintig jaar 25 miljard dollar aan 135 schepen. In die periode moet China ook de beschikking krijgen over een carrier capaciteit. De basis daarvoor werd vorig jaar gelegd met de ingebruikneming van een vliegkampschip uit de boedel van de voormalige Sovjet-Unie. Met de Chinese deelname aan de operaties tegen piraten voor de Somalische kust werd al eerder een grens overgestoken. Voor het eerst sinds het begin van de vijftiende eeuw werden Chinese oorlogsschepen buiten de kustwateren ingezet.
Wat is er aan de hand? India en China zijn opkomende economische grootmachten. Ze hebben een niet-aflatende behoefte aan grondstoffen en energie. Beide landen, maar vooral China, betwisten zeegebieden vanwege de aanwezigheid van grondstoffen en energie. Vooral China gaat kongsi met andere landen aan, bijvoorbeeld in Afrika. Doel is de aanvoer van grondstoffen en energie zeker te stellen. Die investeringen zijn belangen die zo nodig verdedigd moeten worden. Door al deze afhankelijkheden worden ook de handelsroutes belangijker. Geen wonder dus dat niet alleen China, maar ook India, volop inzetten op de bescherming van hun SLOCs, in de Indische Oceaan nieuwe bases bouwen, en hun krijgsmachten een expeditionair karakter geven.
Deze ontwikkeling gaat aan het postmoderne Europa voorbij. We hebben nauwelijks een idee van de militarisering die in Azië plaatsvindt. Bij ons domineert het beginsel van de handel; niet van de economische belangen. We hebben nauwelijks een idee van steeds frequenter wordende militaire confrontaties, zoals afgelopen augustus, toen India en China voor de kust van Vietnam in conflict kwamen. En we schrappen een groter wordend deel van onze defensie, inclusief onze marines, omdat de wereld veiliger zou worden.
Deze publicatie vormt een belangrijke bijdrage aan de ontwikkeling van de broodnodige kennis over de gevolgen van de opkomst van die nieuwe economische grootmachten en hun presentie op de zeeën en oceanen. De publicatie past in een reeks van studies van het Den Haag Centrum voor Strategische Studies (HCSS) over de ontwikkelingen van belang voor toekomstig maritiem optreden. Hoewel de auteur niet verbonden is aan het HCSS, hebben we daarom graag deze
uitgave verzorgd.
Rob de Wijk
Directeur Den Haag Centrum voor Strategische Studies